Beroepsgerichte taaltaken en taaleisen

Sommige kwalificatiedossiers bevatten beroepsgerichte taaltaken voor Nederlands of moderne vreemde talen. Is examinering van beroepsgerichte taal verplicht, of mogen scholen kiezen voor een andere manier van afsluiting? Bij het beantwoorden van deze vraag zijn twee zaken van belang: relevant en representatief examineren en het onderscheid tussen beroepsgerichte taal en wettelijke beroepsvereisten.

Naast de generieke taaleisen bevatten sommige kwalificatiedossiers ook beroeps specifieke taaltaken. Deze zijn afgestemd op de taalvaardigheden die nodig zijn binnen een bepaald beroep en staan als taaltaken beschreven in het kwalificatiedossier. In het verantwoordingsdocument bij dit dossier staan de indicatieve taalniveaus beschreven.

Wettelijke beroepsvereisten zijn in wet- en/of regelgeving vastgelegde eisen waaraan de beginnende beroepsbeoefenaar uitvoering moet kunnen geven om het beroep te mogen uitvoeren.

Een voorbeeld van wettelijke beroepsvereisten op het gebied van taal is de Taaleis IKK. Pedagogisch medewerkers in de dagopvang moeten de Nederlandse taal mondeling op taalniveau 3F of B2 beheersen. Deze eis geldt vanaf 1 januari 2025 en is een voorwaarde om te kunnen diplomeren. Naast de taaleis IKK kennen we de taaleis Voorschoolse Educatie (VE) waaraan een student wel moet kunnen voldoen om te mogen werken in de VE maar geen voorwaarde is om te kunnen diplomeren.