Zoeken

Meertaligheid als uitgangspunt: van rem naar motor in leren

Gepubliceerd:

18 december 2025

Leestijd:

3 minuten

Het adviesrapport beschrijft dat meertaligheid in het mbo niet langer gezien moet worden als een complicerende factor, maar als een realiteit en een rijkdom. Studenten hebben diverse taalachtergronden, variërend van migratietalen en thuistalen tot dialecten en talen uit Caribisch Nederland. Lange tijd werd deze meertaligheid vooral geassocieerd met achterstanden en zagen docenten het als iets dat bij voorkeur buiten de klas bleef. De expertgroep benadrukt echter dat meertaligheid een belangrijke bron kan zijn voor taalontwikkeling, mits die bewust en didactisch verantwoord wordt ingezet. (Zie ook het rapport van de onderwijsraad) 

Huidige praktijk

In de huidige praktijk proberen docenten soms de thuistalen van studenten te minimaliseren om de focus op het Nederlands te bewaren. Hoewel begrijpelijk, mist deze aanpak een kans. Het adviesrapport beschrijft dat studenten met meerdere talen juist beschikken over strategieën die helpen bij het leren van Nederlands: het maken van semantische koppelingen, het herkennen van overeenkomsten tussen concepten, of het verklaren van woordbetekenissen in eigen taal. Door meertaligheid te benutten, kan taalonderwijs rijker, inclusiever en effectiever worden. 

Een voorbeeld uit de praktijk maakt dit inzichtelijk. Bij het aanleren van nieuwe vaktaal, bijvoorbeeld in de techniek, kan een docent studenten vragen om de termen niet alleen in het Nederlands te beschrijven, maar ook te vergelijken met woorden in hun thuistaal. Hierdoor krijgen studenten grip op abstracte concepten. In de zorg kan een docent studenten laten oefenen met het uitleggen van instructies op verschillende niveaus van taalcomplexiteit. Studenten leren informatie te parafraseren, te simplificeren en toe te passen in gesprekken met cliënten. Het adviesrapport beschrijft dit als mediation: het vermogen om informatie toegankelijk te maken voor iemand anders. Dat is een professionele vaardigheid die juist meertalige studenten vaak goed beheersen, en die in het mbo brede waarde heeft. 

Wisselen tussen perspectieven

In gesprekken kan meertaligheid eveneens een kracht zijn. Studenten die gewend zijn om te schakelen tussen talen, kunnen vaak gemakkelijk perspectieven wisselen. Docenten kunnen dit benutten door hen te laten reflecteren op communicatiestrategieën: hoe leg je iets uit aan iemand die een begrip niet kent? Hoe formuleer je een boodschap op een manier die duidelijk is, ongeacht de taalachtergrond van de ander? Het adviesrapport beschrijft dat deze vaardigheden aansluiten op wat veel beroepen vragen, zoals uitleggen, ondersteunen en afstemmen. 

Meertaligheid als kans

Deze manier van werken vraagt soms een mentaliteitsverandering in teams. Docenten moeten meertaligheid niet langer zien als afleiding, maar als kans. Dat betekent niet dat er minder aandacht is voor het Nederlands; het betekent dat studenten worden uitgenodigd om hun volledige talige repertoire te gebruiken als opstap naar sterker Nederlands taalgebruik. Het adviesrapport beschrijft deze verschuiving als essentieel voor een rechtvaardig en effectief taalonderwijs in een samenleving waarin meertaligheid de norm is. 

Toename van zelfvertrouwen

De impact op studenten is groot. Wanneer zij ervaren dat hun talen er mogen zijn, neemt hun zelfvertrouwen toe. Ze zien dat hun thuistaal niet in de weg zit, maar hen juist ondersteunt. Voor docenten geldt dat dit leidt tot rijkere gesprekken, betere begripsvorming en meer betrokkenheid. Het adviesrapport beschrijft dat meertaligheid zo een motor voor leren wordt, in plaats van een rem. 

Gerelateerde link

Gerelateerde artikelen

Meer weten over dit onderwerp?